maandag 26 november 2012

Natuurbescherming fuseren? Dacht het niet!

De ANWB heeft vandaag 26 November 2012, de stelling geponeerd dat de natuur in Nederland gebaat zou zijn bij een samenvoeging van natuurbeschermings organisaties.

Wat een misvatting!


Vroeger, heel lang geleden, werd natuur niet beschermd. Dat "was niet nodig": Natuur was iets wat bedreigend was voor het welzijn van de mens. Woeste gronden waar je hooguit wel aan kon verdienen of van kon gebruiken. Hout, turf, zand, klei.
De woeste gronden moesten ontgonnen worden want dan kon je er nog veel meer mee. Woest en nutteloos en bedreigend want die natuur wilde ons opvreten of toch minstens onze ontgonnen gronden weer in bezit nemen.

Natuur was dus iets om op te heffen om de mens te "verheffen".
Dat dat niet zo was wisten een aantal mensen ook wel, maar ja, hier en daar een boekje of tijdschrift (De Levende Natuur, vanaf 1896 https://www.facebook.com/DeLevendeNatuur?ref=ts&fref=ts ) hielp ook niet echt. Intussen hadden de mensen zowat alle bos in Nederland gekapt en dreigde de laatste vogels te eindigen in de pot of voor de veren in de mode en ons vuil kon ook wel in die waardeloze plassen gedumpt. Vogelbescherming werd opgericht in 1899 en de overheid wilde de houtvoorziening toch echt in de hand gaan houden en startte ook in 1899 Staatsbosbeheer op. Twee jaar later in 1901 volgde de NNV, de Nederlandsche Natuurhistorische Vereeniging (nu KNNV) die weer naar aanleiding van dreigende vuilstort in het Naardermeer aan de wieg stond van de Vereniging tot behoud van Natuurmonumenten in Nederland in 1905.

Dat ging goed. Veel gebieden werden gekocht of verkregen of geconfisceerd als staatsgronden en de natuur kreeg weer een kans in de alsmaar grotere landhonger, hoewel de woeste gronden tot in de jaren '60 nog "ontgonnen"werden (waarvan nu alweer heel wat teruggevormd zijn naar nieuwe natuur, over geldverspilling gesproken). Maar veel landeigenaren zagen hun zorgzaam gekoesterde landerijen, landgoederen en buitenplaatsen tot niet zo graag in handen van een vereniging die gezeteld was in het rijke westen en dan ook nog in Amsterdam. Daar kwam niet veel goeds vandaan. Oude adel uit Gelderland, Limburg en Groningen bijvoorbeeld ... of in Fryslân...

Van 1927 tot 1936 werden mede door inititieven van Natuurmonumenten de provinciale landschappen opgericht. Omdat een landelijke organisatie niet de middelen en de steun had om dat goed ter plekke te regelen. Deze landschappen hebben een fenomenale invloed gehad op de regionale natuur. Ze ontwikkelden een goede relatie met de bevolking, waardering bij de landbezitters en een directe ingang bij politici om zo aan natuurbescherming te doen. De samenwerking met Natuurmonumenten en Staatsbosbeheer, die in die tijd ook steeds meer aan natuurbescherming ging doen naast houtteelt resulteerde in scheiding van aankoopbeleid van vrijkomende "woeste grond". Iedere organisatie kreeg de mogelijkheid aan te kopen en/of te verkrijgen van gebieden die het best bij de organisatie pastte (althans meestal)
Deze organisaties creeerden ook een eigen publiek om zich heen. Staatsbosbeheer had daar het minste behoefte aan, iedere werkende Nederlander draagt daar aan bij dmv van belastingen, maar de Landschappen en Natuurmonumenten trokken  donateurs en leden die voor een groot deel garant stonden en staan voor de instandhouding van de natuurgebieden. Mensen in Utrecht werden donateur van het Utrechts Landschap EN van Natuurmonumenten. Vervente natuurliefhebbers zijn soms wel donateur van meerdere Landschappen naast Natuurmonumenten.

Al deze organisaties en nog een aantal meer, zoals sommige investeerders, verenigingen van landeigenaren en bijvoorbeeld het Goois Natuurreservaat namen mensen in dienst om hun gebieden zo goed mogelijk te beheren. Kennis van de gebieden, wetenschappelijk kennis, juridische kennis en communicatieve kennis.

Dat een landelijke organisatie niet zo heel erg efficient werkt bewijst de verregaande regionalisatie van Natuurmonumenten en Staatsbosbeheer  vanaf de jaren '80. Limburg is anders dan Brabant, Zeeland, Drenthe en Fryslân.
Door nu te roepen dat het allemaal wel één pot nat kan worden waardoor 1500 mensen overbodig zijn heb je toch niet echt een idee van hoe het werkelijk gaat in Nederland. We leven met zoveel mensen op een kluit dat je soms maar beter op plaatselijk niveau kan werken dan op landelijk. Plaatselijke of regionale benadering kweekt meer draagvlak dan landelijke "regels en regelingen".

Dat je dan ook maar beweert dat "ruige natuur" niet aanspreekt en dat je maar beter voor recreatienatuur kunt gaan (uiteraard goed bereikbaar per auto want dat is het stokpaard waar de ANWB zijn geld mee verdient) waar mensen wel hun contributie voor willen neerleggen... tja...
Klokjesgentiaan. Ruige natuur die niet hoeft van de ANWB...of betalen als je het toch wilt zien

Dat wordt dus betalen als je nog wil "genieten". Kijk even mee bij de National Trust, het grote voorbeeld van de ANWB: http://www.nationaltrust.org.uk/membership/
Een gezin met kinderen onder de 18 betaalt £93.50 dus ongeveer 115,50 euro! En dan kun je in Schotland nog niet eens terecht!

En dan die 1500 mensen die weg moeten. Dat zijn allemaal mensen die "overbodig" werk doen. Jaja... allemaal neusvreters want ze zijn met "ruige natuur" bezig waar geen mens in Nederland belang bij heeft volgens de ANWB...
Waar blijven die? Afvloeiingsregelingen, WW, bijstand? Is dat goedkoop? Is dat goed voor de "economie"? Ze hebben opleidingen die nergens meer worden gevraagd en moeten dus omscholen..op wiens kosten? En als dan alles omgevormd is tot parkeerplaats, te bezoeken landhuizen en recreatieparken waarvoor betaald moet worden om er gebruik van te maken waar blijven de vogelliefhebbers, de plantenfanaten, de natuurfotografen, de rustzoekers dan?
Kennis overdragen niet meer door de boswachter maar door vrijwilligers? Ideaalbeeld van de ANWB!

Tjonge, de ANWB is toch wel heel erg begaan mat de Nederlandse bevolking... of zie ik dat verkeerd?

Maar wat dan wel?
Vergaande samenwerking is al lang in gang gezet. Samenwerking op het niveau van gezamenlijk optreden tegen bedreigingen zoals losgeslagen politici (zoals Bleker) of pseudo maatschapplijke organisaties (zoals ANWB) is in gang gezet. Slim regionaal inzetten van ieders kennis en kunde, elkaar versterken en over cultuurverschillen heenstappen. De organisaties zijn al bezig maar misschien is DIT de trigger om als eenheid tegen cultuurvervlakkers op te treden.
Ideaalbeeld van de ANWB, recreatie met de auto en ervoor betalen.

En als de overheid nou eens wat minder belastinggeld stak in megastallen in schurkenstaten (kippenfarm voor plofkippen in de Oekraine) of een vergelijkbare megastal voor plofkippen en varkens in Zuid Limburg (2,1 miljoen als het doorgaat, ook geld van vegetariers gaat daar naar toe) en dat geld besteed aan natuur in Nederland, wat aantoonbaar (wetenschappelijk onderzoek heeft dat uitgewezen!) beter is voor de gezondheid van ons allen... dan zijn we alweer een stuk verder en hoeft deze discussie eigenlijk niet gevoerd te worden. En kunnen er juist banen gecreeerd worden in natuur en landschapsbeheer in plaats van ontslag.

vrijdag 19 oktober 2012

Volkswijsheden

Volkswijsheden of volksonwijsheden.


Ieder jaar kom je ze weer tegen in het najaar. Mensen die wat oude "wijsheden" uit de la trekken, ze van tegeltjes aflezen of zelfs met droge ogen debiteren op weblogs of websites.

Ook vragen veel mensen hoe het zit "want we hebben gehoord dat..." of  "het is toch zo dat..."

Zelfs journalisten van allerlei aard schrijven of spreken over bepaalde zaken in de natuur die alleen op overlevering berusten. Het zijn dan ook vulonderwerpen uiteraard, goed om een stagiaire zijn/haar tijd mee te laten verdoen. Komt altijd weer aardig over, veel mensen worden bevestigd en al dat zogenaamde wetenschappelijke gedoe over hoe het werkelijk zit is niet in het belang van ons medium... of zoiets denken ze dan volgens mij...

Waarheden zijn trouwens heel moeilijk te verkondigen als het om de complexiteit van leven op Aarde gaat. We denken heel veel te weten, maar wetenschappers en nauwkeurige waarnemers komen toch altijd weer voor verrassingen te staan. Ofwel, je kunt continu leren in en van de natuur en de natuurlijke samenleving.

Ik waag me toch maar aan een paar voorbeelden waar de tegeltjeswijsheden duidelijk de plank misslaan en dat door iedereen ook te herkennen valt als je maar goed wil kijken of een beetje literatuurstudie pleegt.

Eikels van de Zomereik
Genoeg Beukenoten

 Eikels en beukenoten

Dit jaar, 2012 zijn er weinig eikels en beukenoten te vinden.

"Het wordt dus een strenge winter..."


Nee hoor, planten zijn geen voorspellers.
Eiken en Beuken bloeien tussen begin april en begin mei. Als het dan koud is of veel regent kan het zijn dat er minder stuifmeel geproduceert wordt, de jonge vruchten bevriezen of dat het zo nat is dat het stuifmeel de vrouwelijke bloemen nauwelijks kan bereiken. Dan heb je weinig vruchten.
bloeiende beuk

Zijn de omstandigheden wel goed dan kan het zelfs een explosie aan vruchten geven. Bosbouwers noemen dat een "Mastjaar" en vroeger was dit een teken om de volgende weinter goed te gaan dunnen omdat de tijd dan gunstig is voor natuurlijke verjonging.
Een andere betekenis van "Mastjaar" verwijst naar mest of mesten. Vroeger joeg men de varkens het bos in om zich vol te laten vreten met eikels waar ze dol op zijn. Zo'n "mestjaar" was dus goed voor het vetmesten van varkens!
bloeiende eik

Ook in andere teelten zoals van vruchtbomen praat men over Mastjaren.

En de Tamme kastanjes dan? Die bloeien veel later, in juni en hebben geen last van vorst over het algemeen en zullen veel regelmatiger vrucht dragen. Dat de eerste weken alleen loze vruchten vallen is normaal.

Paddenstoelen.

Waaraan kun je zien of een paddenstoel giftig is?

Dat kun je niet zien. Dat moet je weten. Een gedegen kennis van paddenstoelen kan voorkomen dat je giftige paddenstoelen gaat eten als je een wildplukker bent. Nederland is geen land met een echte paddenstoelentraditie in tegenstelling tot andere Europese landen. In Frankrijk is zelfs een speciale paddenstoelenmarkt, in Duitsland werd het op scholen onderwezen en zo zijn er nog veel meer voorbeelden. Die mensen zijn echter heel goed bekend met de plaatselijke paddenstoelen en de problemen ontstaan als ze in andere landen gaan plukken voor de handel. Ombekende soorten kunnen per ongeluk meegeplukt worden... de meeste paddenstoelen zijn echter niet echt giftig maar kunnen wel voor lichamelijk ongemak zorgen. Heel veel zijn er goed eetbaar en een paar zijn dodelijk.
Knolamanieten zijn over het algeen dodelijk, maar niet voor slakken

Van die dodelijke paddenstoelen wordt echter goed gegeten door bijvoorbeeld slakken, die totaal geen last hebben van het gif! Dit is namelijk zo'n fabeltje: "Als er van gegeten is kun je de paddo eten..." Zeer gevaarlijk dus. En "als je een paddenstoel kookt istie niet meer giftig..." Dat klopt voor enkele soorten, maar waarom zou je je daaraan wagen? Jong eetbaar en oud giftig klopt ook hier en daar mat was jong en wat is oud?

En dan de inktzwam. heerlijke paddenstoel als je hem jong plukt, maar in combinatie met alcohol kom je gegarandeerd van de alcohol af. De kale inktzwam vooral bevat een stof die als paardenmiddel gezien kan worden om van een alcoholverslaving af te komen!
De Kale inktzwam, voor wie van een alcoholverslaving afwil

Vogels

Daar zijn meer verhalen over te vertellen, hier maar twee.

Pestvogels zijn soms massaal aanwezig, ook in plantsoenen en tuinen

Pestvogels.

Pestvogels kondigen ziektes aan.
Omdat bepaalde ziektes het ene jaar harder toeslaan dan andere jaren en sommige vogels die in het hoge Noorden en in de bergen broeden vaak goede broedresultaten hebben waardoor ze in de winter  zich over een veel groter gebied en in grotere aantallen verspreiden was de link al snel gelegd. Dat het in de broedgebieden een "Mastjaar"was geweest, wist men uiteraard niet. Ook kon het zijn dat in grote delen van Oost Europa de winter erg streng was waardoor vogels naar de meer vorstvrije gebieden trekken. Pestvogels zijn daar een voorbeeld van maar ook Ganzen, Kivieten en tal van andere kleine zangvogels vertonen dit gedrag.
Ze zijn zo tam dat je ze heel dicht kan benaderen. In hun leefgebieden kennen ze mensen niet als vijand.

Ganzen.

Wanneer ganzen naar het Zuiden trekken komt er vorst en wanneer ze naar het Noorden trekken gaat het dooien.
Het "kan" waar zijn. Vooral in de tijd dat er geen ganzen meer broedden in Nederland, zo tussen begin en de jaren '70 van vorige eeuw kwamen de ganzen vooral in de winter naar ons land. Ze trokken vooral mee met de vorstgrens omdat ze graag gras vreten en als dat onder sneeuw en ijs ligt is dat wat onhandig. Maar heel veel ganzen bleven ook dan in ons land. Bij zeer strenge vorst in het Noorden kwamen dan wel duidelijk meer ganzen hier hun geluk beproeven en vonden het hier dan ook niet en trokken door... en weer terug.
Nu is dat heel anders. Vooral veel grauwe ganzen broeden hier nu en zijn jaarrond in Nederland. Wanneer je nu dus ganzen ziet rondvliegen is dat meestal naar de slapplaatsen. Ze verzamelen zich bijvoorbeeld in het rivierengebied massaal om de nacht door te brengen op de rivier of in de uiterwaarden en vliegen in de ochtend weer naar de kale maisakkers en de hoogproductieve graslanden die agrariërs eigenlijk bedoeld hebben om een overschot aan melk te produceren... waar ze dan weer een boete voor krijgen OMDAT ze dat gedaan hebben.. en de ganzen krijgen dan de schuld dat ze te veel gras eten en schade veroorzaken. Ik zou denken dat ze dan de boetes beperken, maar dat is te rationeel gedacht  voor deze maatschappij.
Grauwe ganzen met al grote jongen in een voormalig landbouwgebied, nu natuurgebied in Zuid Holland

En dan als laatste, de insecten.

Vlinders en wespen.


Een aantal soorten vlinders in Nederland zie je nog erg laat vliegen als het mooi weer is. Sommige mensen denken dan dat die "snel dood gaan, want de winter komt er aan". Niets is minder waar. Deze vlinders overwinteren. Ze gaan een mooi plekje opzoeken in houtstapels, in schuurtjes, in kelders, op zolders, spouwmuren, achter luiken, holle bomen en onder stenen. Ze zijn net uitgekomen, augustus, september, overwinteren en vliegen bij de eerste warmte weer vroeg in het voorjaar. Dagpauwoog, Kleine vos en Citroenvlinder zijn voorbeelden.
Dagpauwoog, een overwinterende vlinder

Ook Hommels en wespen overleven zo de winter en wel de Koninginnen. En hier heb je dan het meest verbreide onzinverhaal over deze dieren:  Bij een strenge winter gaan veel wespen dood en bij een zachte winter heb je er meer. Ieder jaar staat dat weer in de krant... en het is NIET waar.
Insecten die overwinteren gaan in winterrust. Hun "bloed" bevat een soort anti-vries. Bij strenge vorst gebeurt er helemal niets met ze. Maar wanneer de temperaturen net boven het vriespunt zijn zo nu en dan kunnen schimmels wel leven en groeien. Insecten zijn dan niet in staat zich te verweren tegen schimmels en de kans dat ze een schimmelinfectie niet overleven is groter in een zachte winter dan in een strenge winter.
Een wesp knagend aan hout om materiaal voor het nest te verzamelen
Een combinatie van zacht weer, strenge vorst en zacht weer is nog veel erger. Ze blijven lang actief maar er is weinig voedsel (meestal nectar van bloemen), ze verzwakken. Strenge vorst, dat overleven ze dan wel, maar dan wordt het weer zacht, met nu helemaal geen bloemen meer. Ze zijn dan vatbaarder voor schimmels en als ze actief worden is er geen voedsel... Dat is in de winter van 2011 en 2012 gebeurd waarschijnlijk waardoor er heel weinig wespen waren.

donderdag 19 juli 2012

Geloven in een betere wereld

Ja, ik geloof! Maar dan niet in iets of iemand die alles voor ons regelt. Nee ik geloof in de kracht van kennis en ik geloof dat kennis van onze omgeving voor een beter leven voor de mens kan zorgen.

Kennis over zaken geeft waardering. Niet altijd, soms wil je dingen niet weten en soms kan het heel benauwend werken. Maar kennis van je omgeving, kennis van wat leeft geeft waardering voor die omgeving en voor wat er leeft.

Je kunt nooit alles weten en hoe meer je weet, hoe meer je weet dat je niets weet. Daarom moet een mens zijn/haar leven lang blijven leren, alleen omdat we dat kunnen. Van de meeste levensvormen denken we te weten dat ze op een gegeven moment stoppen met leren (we weten het niet zeker). Ze weten alles om te overleven en dat is genoeg.
Mensen zitten blijkbaar anders in elkaar. Mensen zijn niet handig in overleven, maar ze kunnen wel blijven leren en daardoor hebben we zo'n fenomenale kennis opgedaan en die ook overgedragen op volgende generaties, dat we veel ouder kunnen worden dan een natuurlijke situatie zou kunnen toestaan.
Voorbeelden genoeg natuurlijk. Door een veilige omgeving te creeëren, door ziektes te onderkennen en te behandelen, door voedsel naar de hand te zetten en te kweken, door het leven eenvoudiger te maken..verzin het maar.

Maar het gekke is dat mens ook in staat is te profiteren van zaken die er niet toe doen. Die we niet nodig hebben om te overleven. Een voorbeeld is het "mooi vinden". Mensen vinden dingen mooi en verzamelen dat, waarderen dat en beschermen dat. Of ze vinden het mooi en laten het met rust en genieten er van. Dat is raar. Weinig levensvormen lijken dat te doen. Er zijn er wel, maar niet zo veel en ze doen het niet zo intensief en divers als een mens dat kan.

Musea zijn verzamelplekken, ook voor studie
De mens gaat wel verzamelen en genieten wanneer ze weinig om handen hebben en het voortbestaan comfortabel geregeld is. Wanneer dat niet goed geregeld is lijkt het genieten zich te beperken tot kinderen en eventueel kleinkinderen. Wordt het leven makkelijker dan worden er al snel spulletjes verzameld. Ook om te laten zien aan anderen dat het goed gaat. Hoe ver dat gaat hoef ik hier niet uit te leggen. Wanneer je deze blog leest dan hoor je bij een kleine elite die het heeeel erg goed heeft.
verzamel om het verzamelen of om kennis uit te breiden, mensen verzamelen

Er is echter ook iets waar waarschijnlijk alleen de mens zich mee bezighoudt. Dat is het onnodig vernietigen van de natuurlijke omgeving. Omdat we leefden in een wereld waar de ene levensvorm de andere opeet, letterlijk, hebben we een kunde ontwikkeld om die vijanden van ons bestaan af te weren. Huizen bouwen, wapens bedenken, je vijand vernietigen. Daar zijn we heel kundig in geworden. Grote roofdieren die ons lusten zijn uit de westerse wereld verbannen en komen ze terug, dan is ze een kort leven beschoren.
De kleinere vreters zoals ziekteverwekkers als bacterieen, virussen en schimmels proberen we al jaren onder de knie te krijgen, maar de talrijkheid en het aanpassingsvermogen van deze levensvormen zijn een veel groter probleem dan bij de grote jongens.
fruitschimmels zijn heel gevaarlijk voor mensen

Daarnaast hebben we ons aangeleerd om ons eten niet te hoeven zoeken, maar het in onze omgeving te kweken en te verzorgen. Nou hebben die etenswaren een grote aantrekkingskracht op andere levensvormen. Omdat we veel beesten bij elkaar zetten kunnen grote en kleine opvreters daar makkelijk overleven, dus we proberen die "profiteurs" te elimineren. Dat lukt ons aardig.
Ook wanneer we één plantensoort willen kweken hebben we "last" van mee-eters. Onkruiden noemen we die dan, of schadelijke insecten, of schimmelziektes. Feitelijk niets anders dan wilde levensvormen die gebruik maken van de vreemde overdaad van één soort.
Builenbrand op Mais. Een schimmel die abortus kan veroorzaken bij koeien.

In de waan om steeds meer en makkelijker de omgeving in te richten bestrijden we alles wat in onze omgeving ons niet aanstaat. Het moet netjes zijn.
En daar zit nou het probleem. Door onkunde en door te veel tijd hebben we ons een levensstijl aangemeten die niet echt bevorderlijk is voor andere levensvormen. Zolang we de natuur als onze vijand zien, wat het was toen we nog maar een levensverwachting van hooguit dertig jaar hadden, zullen we die natuur blijven bestrijden.
Door de natuurlijke levensvormen te kennen, te herkennen en te waarderen kunnen we die veel beter naar onze hand zetten en er mee samenleven. Want samenleven zullen we altijd moeten om te overleven.

Kennis van de natuur en de natuurlijke omgeving uit zich ook in het genieten van die natuur. We hebben al de neiging om meer dingen mooi te vinden dan voor overleven strikt noodzakelijk is, laten we dan ook kennis nemen van die rijkdom, laten we er van leren, laten we kennis nemen van wat we al weten van planten, dieren en landschappen en gewapend met die kennis kunnen we ook stoppen met het nodeloos vernietigen of vervuilen van onze natuurlijke omgeving.
Dit is een "eenvoudige" vorm van vervuiling. Herkenbaar en op te lossen.

DAAR geloof ik in.
Het gekke is dat veel geloven, religies, waar heel veel mensen hun bestaan aan ophangen ook deze waardering voor alles wat leeft, tolerantie naar andere levensvormen en de eigen soort, prediken. Maar in de praktijk blijken veel van deze gelovigen iets heel anders in praktijk te brengen. Dat is heel raar en zal bij onveranderd gedrag leiden tot vernietiging van de maatschappij die we nu kennen. We begrijpen nog weinig van de oerkracht van het leven op aarde, maar wat we er van kennen is dat leven altijd weer terugkeert, ook na het massaal uitsterven van soorten. Dat is al meerdere keren gebeurt en zal binnen niet al te lange tijd gegarandeerd ook voor de mens gelden. Met al onze kennis en vooral onze onkunde zorgen we echter wel voor een versnelling van dit effect. Op den duur zal de nu succesvol lijkende mens een marginale tijd op aarde hebben bestaan, afgezet tegen de miljoenen jaren van leven op onze planeet.
Een steenbreek op een bergpas, maar een paar weken per jaar niet onder de sneeuw.

Ik probeer met mijn passie, het verbeelden van het leven en onze samenleving op aarde, het verbeelden van de schoonheid van het landschap, waardering en kennis te brengen naar mensen die het misschien wel mooi vinden, maar nog geen flauw idee hebben van de onnoemelijke rijkdom aan variatie dat er is op Aarde. Maar ook ik zal niet "alles" kunnen laten zien. Het is maar een fractie,  geniet ervan.
een parelmoervlinder op een margriet...iedereen loopt er aan voorbij maar wat een wonderlijke leefwijze!

Kijk voor een verzameling van mijn verbeeldingen op www.wolverlei.com en www.plaatsengids.nl

Plaatsen in de sameleving, ook de religies zijn het bekijken en onderzoeken waard. Dat doen we met de plaatsengids

maandag 13 februari 2012

Betalen voor Natuur of hoe de Natuur wel zonder subsidie kan

De laatste tijd komen er steeds meer mensen die menen dat "de Natuur" wel zonder subsidie kan.
Niet dat die natuur nu al zo vet gesubsidieerd wordt, maar het kan met minder. Zeker, dat kan!

Maar wat IS subsidie eigenlijk.... Subsidie wordt gegeven door overheden en de overheid krijgt geld uit belastingopbrengsten, om het maar even kort te omschrijven. Dus iedereen die belasting betaalt draagt bij aan willekeurig welke subsidie regeling.

Zo betalen vegetariërs mee aan de overproductie van vlees en zorgen ze er voor dat plofkippen voor weinig in de supermarkt liggen. Daar wordt weer op verdiend uiteraard en dus weer belasting over betaald zodat.. enz..

Maar ook onze infrastructuur wordt door iedereen betaald en een heeeel klein beetje subsidie gaat ook naar natuurbeheer.


Normaal gesproken zou niet "iedereen" moeten bijdragen, maar alleen de afnemers of gebruikers. Dat is eerlijk. Dus mensen die kip willen eten zouden extra moeten betalen om veel plofkippen te produceren zodat aandeelhouders van supermarktketens extra miljoenen kunnen verdienen. Die eten geen plofkippen, ze kijken wel linker uit. Onze infrastructuur wordt voor een groot deel al betaald door de weggebruikers, maar je wilt niet weten wat een meter snelweg kost... maar tolwegen zijn een goed alternatief. Dat kost ook weer miljoenen, maar je schroeft de toltarieven op en klaar ben je. Al dat geld wordt ook weer uitgegeven, dus daar komt ook weer belasting voor terug. Vestzak/broekzak voor een deel dus.

Mooi he, Schaep en Burgh in 's-Graveland. Over een paar jaar betalen voor deze ervaring?

In dat licht gezien moet je ook aan de "gebruikers" van de natuur een bijdrage vragen. Lang niet iedereen is gecharmeerd van al dat groen en die wilde beesten, dus waarom zouden zij dan ook geld daar voor moeten afstaan... het is weliswaar leven, maar het is lastig leven. De natuur vreet je kippen op, onkruid moet met zwaar gif bestreden worden, van muggen wordt je ziek, vogels schijten of vreten het gras voor de koeien op... alleen maar lastig.


Dus terug naar de Middeleeuwen. Toen gaven grootgrondbezitters hun land in leen bij leenheren. Die mochten er dan het vruchtgebruik van hebben maar wel na afdracht van ... belastingen.
Die leenheren heffen dan ook weer bij de echte gebruikers van dat land belastingen (om te wonen, het water op peil houden, bescherming), tolgelden (om je te verplaatsen), gebruiksrechten (jacht, visserij, rietsnijden, hout hakken), tienden (over productie van landbouwgewassen)..noem maar op. Je betaalt voor wat je gebruikt.

Tot eind vorige eeuw kon je restanten daar van duidelijk zien. Voor een aantal gebieden van organisaties die natuur beheren moet je lid zijn om het gebied te betreden of een kaartje aan de ingang kopen. Natuurmonumenten bijvoorbeeld. Je moest lid zijn om op de 's-Gravelandse landgoederen te wandelen of een kaartje kopen bij de ingang van het Zwanenwater of Duin en Kruidberg bij Haarlem.

Dat is niet meer zo. Controle kost namelijk veel geld in de vorm van personeel. De opbrengst dekt de kosten niet, letterlijk. De kaartjes automaten kosten ook geld en ook daar moet je nacontrole doen en vooral ook het hele gebied inrasteren om illegaal betreden te voorkomen. En dat raster onderhouden.

Het Noordal in Zuid Limburg. Unieke flora en fauna. Mag best wat kosten toch?

Een enkele feodale organisatie presteert het nog om entree te heffen zoals het jachtlandgoed "De Hoge Veluwe" http://www.hogeveluwe.nl/nl/uw-bezoek/entreeprijzen/30 en een paar waterleidingbedrijven. Die laatsten verdienen al vermogens aan ons drinkwater maar eisen ook een entree van mensen die het wagen in hun gebieden van de restanten natuur die ze overgelaten hebben, te genieten. Waterwinning en goed natuurbeheer gaan echt niet samen, hoewel er veel geld gestoken wordt in voorlichting om het tegendeel te bewijzen. Pas als de waterwinning stopt kan er weer iets van natuur terugkomen. Ook dat soort natuur is wel binnen die gebieden aanwezig. Maar betalen zul je!

Hoge Veluwe: entree 8,20 pp

Dat is nu dus ook het voorland van al onze natuur in Nederland. Overal hekken om de natuurgebieden (die staan er nu nauwelijks, hooguit om bewoners te beschermen tegen opdringerige herten en zwijnen), prikkeldraad, bordjes verboden toegang, kaartjesautomaten of bemande kassa's, controlerend personeel.... WEL goed voor werkeloosheidsbestrijding, maar het moet dan wel wat opbrengen uiteraard. Een dagje Kennemerduinen voor 10 euro? Veluwezoom mag wel 20 euro kosten, De nieuwe natuurgebieden in het Markermeer, heel groot, heel bijzonder, 30 euro, Drentse AA, daar komen weing mensen, 5 euro. Per dag. Of lid worden voor 100 euro per jaar, maar dan heb je ook wat...
Bijkomend voordeel is dat er dan veel minder mensen komen en daarmee ook de natuur beter beschermd is. Geen overlast meer van honden (die moeten extra betalen...zeg 10 euro per hond per dag) Op een paard? 20 euro, mountainbike, ook 20 euro, En ga zo maar door. Het is allemaal prima te beprijzen.

bord uit ca 2003. Alleen voor leden of een kaartje kopen. Willen we daarnaar terug?
De kaartjes automaat van het Zwanenwater in 2005
Bordje Heerenduin, grenzend aan Duin en Kruidberg in 2010. Nu dus vrij toegankelijk. je ziet boven het bordje nog een schroef zitten van het vroegere grote bord.

Klinkt dit raar? Ja? Maar dat is wat PVV en VVD wil! Dat roepen ze dus alsmaar. En CDA-er Bleker brengt het nog dichterbij ook. Zelfs gerenommeerde kranten laten hun oren hangen naar dit soort  ideeën. Zoals hier in Trouw: http://www.trouw.nl/tr/nl/4332/Groen/article/detail/3175780/2012/02/13/Natuur-kan-prima-zonder-subsidie.dhtml
Terwijl de achterban van al deze partijen juist het tegenovergestelde wil. Die willen alle hekken weg en alle natuur vrij toegankelijk. Wat in de praktijk natuurlijk al lang zo is, maar dat weten die mensen niet. Die komen nooit buiten... Maar hun eigen partijen willen nu het tegenovergestelde...Terug naar Middeleeuwse normen en waarden, ieder voor zich en verdienen waar wat te verdienen valt. Leve de vrijheid!

Voorbeeld is het land van de onbegrensde mogelijkheden. De USA. Heel veel nationale en regionale natuurgebieden zijn ingepakt in parken. Entree tussen de 10 en de 25 dollar, per dag! http://www.nps.gov/grca/planyourvisit/feesandreservations.htm  Je kunt een pas kopen voor de nationale parken voor 80 dollar, http://www.nps.gov/findapark/passes.htm  met het idee dat de gemiddelde Amerikaan maar een vakantie van een week kan betalen en in die tijd niet zoveel parken bezoekt.



Die pas geldt niet voor regionale parken, dat is dus gewoon extra aftikken. Of je betaalt een vermogen aan parkeergeld op uitzichtpunten. Alles is hier naar toe te halen :-) Of neem de National Trust in GB. 5 pond parkeergeld of lid worden. 2 pond voor toegang vogelkijkhut of lid worden, 20 pond entree kasteel of lid worden. En je Engelse lidmaatschap geldt niet in Schotland.. extra lid worden van de Schotse National Trust. http://www.nationaltrust.org.uk/membership/ vergelijk dit met http://steun.natuurmonumenten.nl/

Ruine van een kerk in Noord Engeland

Natuurmonumenten is al meerdere malen bij de National Trust op bezoek geweest om inspiratie op te doen. U bent gewaarschuwd!

Groot pluspunt: Het worden vette tijden voor Natuurmonumenten, de 12 provinciale landschappen, het geprivatiseerde Staatsbosbeheer (moet wel de naam veranderen.. koninklijk bosbeheer met als aandeelhouders het Koninklijk huis wellicht? of gewoon Bos- en Natuurbeheer) het Goois Natuurreservaat en alle andere natuurbezitters. Natuurliefhebbers moeten van allemaal lid worden om torenhoge entreegelden te omzeilen. De lidmaatschapsgelden moeten ook omhoog uiteraard... Maar die liefhebbers kunnen dan wel in oases van rust terecht! En heel veel werkgelegenheid uiteraard. Kunnen de wegbezuinigde brandweermensen en defensiemedewerkers ook weer aan de slag. Kaartjes knippen, wachtlopen langs de rasters, controle op overtreders. Brengt ook weer belastinggeld op al die salarissen.